Deze folder heeft tot doel u informatie te geven over het lip biopt wat u gaat krijgen. De tekst is bedoeld als ondersteuning van het consult door de arts (KNO-, maar ook huisarts) en dient niet als vervanging van een consult. Bedenk bij het lezen dat uw gezondheidssituatie anders kan zijn dan in de tekst wordt beschreven.

Aanleiding

De reumatoloog heeft u verwezen. Er is een vermoeden van een sicca-syndroom of ziekte van Sjögren. 

• Om dit te onderzoeken, kan het nodig zijn een klein stukje speekselklierweefsel onder een microscoop te bekijken. 
• De patholoog onderzoekt dit weefsel. 
• De eenvoudigste manier om dit weefsel te krijgen, is een kleine ingreep in de onderlip. 

Voorbereiding

• U heeft eerst een afspraak met de KNO-arts, meestal telefonisch. 
• De arts legt uit wat er gaat gebeuren en stelt vragen over uw gezondheid. 

• Het is belangrijk dat de arts weet over: 

  • Allergieën 
  • Medicijnen 
  • Andere ziektes of operaties 

Voorbeelden van vragen: 

• Heeft u een pacemaker? 
• Heeft u suikerziekte? 
• Heeft u bloedproblemen, zoals moeilijk stollen? 

Aan het einde van het gesprek maakt u een afspraak voor de ingreep. 

• De ingreep gebeurt op de poliklinische operatiekamer in het ziekenhuis. 
• U hoeft niet nuchter te zijn. U mag gewoon eten en drinken. 

De dag van de ingreep

• U komt op de afgesproken tijd naar de wachtkamer (0.66) van de operatiekamer. 
• Een medewerker haalt u op en brengt u naar de operatiekamer. 
• U krijgt een paar vragen om alles te controleren. 
• Met een injectie in de onderlip wordt de lip verdoofd. U voelt daarna geen pijn. 
• De arts maakt een klein sneetje en haalt een paar speekselkliertjes weg. 
• Het sneetje wordt dichtgemaakt met oplosbare hechtingen. 
• Soms zit er wat bloed in uw mond of komt er later een beetje bloed uit het wondje. Het eten van een waterijsje kan helpen. 
• Na de ingreep is uw lip nog verdoofd. Wees voorzichtig met hete dranken. 

De uitslag

De uitslag is belangrijk voor de reumatoloog om de diagnose te stellen. Wat de uitslag betekent, hoort u van de reumatoloog. Als u wilt, kan er een controleafspraak bij de KNO-arts worden gepland, ook telefonisch, ongeveer een week na de ingreep. 

Na de operatie

• De verdoving werkt na een paar uur niet meer. 
• De pijn is meestal licht en goed te behandelen met ijsjes of paracetamol. 
• De hechtingen lossen vanzelf op binnen 2 tot 20 dagen. 

Mogelijke complicaties

Bloeduitstorting 

Er kan een bult of blauwe plek ontstaan. Dit gaat meestal vanzelf weg. 

Gevoelloosheid 

Soms blijft de lip op de plek van het litteken gevoelloos of tintelend. Meestal verdwijnt dit binnen twee maanden. 

Let op: 

Bloedt de wond veel of wordt de lip dik? Bel dan de KNO-polikliniek: 

• 08.30 – 16.30 uur: 0341 - 46 35 66
• Na 16.30 uur: Spoedeisende hulp St Jansdal: 0341 - 46 39 11

Heeft u vragen?

U kunt op werkdagen bellen naar de poli Keel-, Neus- en Oorheelkunde. De poli is telefonisch bereikbaar van 08.30 tot 16.30 uur op 0341 - 46 35 66. Er volgt een keuzemenu. Kies optie 2.