l

Direct contact

Telefoonnummers

St Jansdal receptie (alle locaties)

0341 - 463911

Afsprakenbureau 

0341 - 463890

Poli-Apotheek St Jansdal

0341 - 435858

Helpdesk MijnStjansdal (8:30 - 16:30 uur)

0341 - 463700

Vragen over?


Heeft u een klachtKlik dan hier.

Of compliment? Klik dan hier.


Bent u van de PERS en heeft u een vraag? Klik dan hier.

Medische hulp buiten kantoortijden

Spoedpost Harderwijk  

 

085 - 773 73 71

 

 

www.spoedpostharderwijk.nl

Huisartsenpost Lelystad  

 

0900 - 333 6 333

 

 

www.medrie.nl

Bij levensbedreigende spoed:

 

112

VlagB
Folders

Stervensfase

Versienr: 1
Inhoud van dit artikel
    Inhoud van dit artikel

      Informatie voor mensen die betrokken zijn bij een sterfbed. 

       

      Mensen overlijden in het algemeen niet opeens. Aan het einde van het leven vinden lichamelijke veranderingen plaats. Ook kunnen er veranderingen in gedrag of denken plaatsvinden. Hieraan kun je zien dat het sterven dichterbij komt. In deze folder leest u wat u kunt verwachten in de stervensfase. 

       

      Ieder mens en ieder sterfbed is uniek. De uitgelegde veranderingen zijn niet bij iedereen hetzelfde. Ook de volgorde verschilt van persoon tot persoon. 

       

      Heeft u na het lezen nog vragen? Stel ze aan uw verpleegkundige of (huis)arts. Ze zullen u graag meer uitleg geven.

       

      Eten en drinken

      Mensen die sterven, willen meestal weinig of geen eten en drinken. Daardoor kunnen ze snel vermageren. 

      Het lichaam verandert: 

      • de wangen vallen in; 
      • de neus wordt spits; 
      • de ogen komen dieper in hun kassen te liggen. 

       

      In de stervensfase heeft iemand geen of bijna geen dorst meer. De lippen en de mond zijn vaak droog. Het kan prettig zijn om ze af en toe nat te maken. Dit kan op verschillende manieren. De verpleegkundige kan u dit laten zien. 

      Stervende mensen kunnen hun plas vaak niet meer goed ophouden. Gebruik van incontinentiemateriaal of een urinekatheter is een mogelijkheid.  

       

      De ademhaling

      Tijdens de stervensfase verandert de ademhaling vaak.

      Voorbeelden zijn: 

      • Een stokkende en onregelmatige ademhaling. 
      • De ademhaling valt regelmatig stil. Het komt daarna met een diepe zucht weer op gang. 
      • De tijd tussen de ademhalingen wordt steeds langer. Soms wel tot een halve minuut.

       

      De stervende voelt dit zelf niet als benauwdheid. Het gezicht ziet er vaak heel ontspannen uit. 

      Zijn er tekenen van ernstig ongemak? Dan zullen artsen besluiten om extra rustgevende medicijnen te geven.  

       

      De normale hoest- en slikprikkels verdwijnen. Hierdoor kan slijm blijven zitten in de keelholte of de luchtpijp. Dat kan leiden tot een reutelend geluid bij het ademhalen. 

      Voor omstanders kan dit vervelend klinken. Ze kunnen denken dat de stervende ernstig benauwd is of dreigt te stikken. De stervende heeft hier zelf geen last van.

       

      Eerst is er de fase van onregelmatige ademhaling en reutelen. Daarna  komen er steeds langere adempauzes. De ademhaling wordt oppervlakkig. Op het eind is er de laatste ademhaling. Vaak niet meer dan een zuchtje na een (heel) lange stilte. 

       

      De bloedsomloop

      Het lichaam stuurt steeds minder bloed naar de armen en benen. De bloedsomloop neemt af. Daardoor kunnen handen en voeten steeds kouder gaan aanvoelen. Dat geldt ook voor de neus. Op de benen kunnen paarsblauwe vlekken ontstaan.

       

      De kleur van het gezicht wordt grauw. Na de laatste ademhaling is er geen kleur meer in het gezicht (‘doodsbleek’). Dit trekt later een beetje bij. Hierdoor lijkt iemand meer op zichzelf. 

       

      Verandering in bewustzijn 

      Iemand die gaat sterven, slaapt veel. De perioden dat iemand wakker is wordt korter. Het lijkt of de stervende zich steeds meer terugtrekt. Het is moeilijker om contact te hebben.

      Het kan zijn dat de stervende niet alles meer begrijpt. Maar hij blijft tot op het laatst gevoelig voor geluid en sfeer. Misschien hoort de stervende wel dat er mensen praten. Rust rondom de stervende is daarom belangrijk. 

      • Zorg voor niet teveel mensen tegelijk rond het bed. 
      • Zachtjes praten werkt vaak rustgevend. Gebruik geen harde stemmen of geluiden. 
      • Aanraken of de hand vasthouden kan rustgevend zijn. 

       

      In de periode voor het overlijden daalt het bewustzijn steeds verder. Hierdoor raakt iemand meestal in een diepe slaap of coma. 

       

      Onrust en verwardheid 

      Iemands gedrag kan tijdens de stervensfase veranderen. Dit komt door het gedaalde bewustzijn. De persoon kijkt dan anders uit zijn ogen. Hij kan een onrustige indruk maken en in de war lijken. Dit heet een ‘delier’. Het lijkt alsof iemand van alles meemaakt of ziet. 

      Wat dat precies is, is meestal niet duidelijk. Dit gebeurt vaak in de laatste levensdagen. En dan vooral tijdens de laatste uren. Vaak maakt iemand kleine (hand)bewegingen. Alsof hij iets wil plukken of ergens naar wijst. 

       

      Hoe kunt u steun bieden? 

      • Door rustig bij iemand te zijn. 
      • Spreek waandenkbeelden of hallucinaties niet tegen. Ga er ook niet in mee. 

       

      Heeft u hier vragen of zorgen over? Blijf hier dan niet mee rondlopen. Bespreek het met de arts of de verpleegkundige.  

      Zijn er tekenen van ernstig ongemak? Dan zullen artsen besluiten om extra rustgevende medicijnen te geven.  

       

      Waken - kostbare tijd 

      Komt het moment van sterven dichtbij? Dan kunt u besluiten om te gaan waken

       

      Wat is waken en wat zijn de mogelijkheden?   

      Dag en nacht is iemand bij de stervende. Dit kan om de beurt of samen. 

      • U kunt blijven slapen op de kamer van de stervende. Dit kan op een apart bed, maar ook op een koppelbed. Deze schuif je tegen het ziekenhuisbed aan. U kunt ook slapen in een gastenkamer. 
      • Zorg voor sfeer en rust. Neem bijvoorbeeld foto’s of een eigen bedsprei mee van thuis. Zet een rustig muziekje aan. Bid met elkaar of lees een stukje voor. 
      • U kunt een LED-kaarsje aanzetten. Het branden van echte kaarsen mag niet in het ziekenhuis.  

       

      Waken kan een tijd zijn voor afscheidsrituelen. Deze zijn voor elke persoon, cultuur en geloof uniek. Als u het fijn vindt, kan de geestelijk verzorger u hierin steunen. 

      Tijdens het waken lijkt de tijd vaak stil te staan. Het overlijden kan lang op zich laten wachten. 

      Wissel elkaar daarom regelmatig af en neem voldoende rust. Zorg dat u zichzelf zo prettig mogelijk voelt tijdens het waken. Het waken kan een heel waardevolle periode zijn. Familie en vrienden kunnen elkaar tot steun zijn. 

       

      Heeft u vragen over het waken? De verpleegkundige kan u hier meer over vertellen. 

       

      Het leven loslaten 

      Sterven betekent het leven loslaten. Alles achterlaten wat je lief is. Iedereen begrijpt dat dit moeilijk is. Vaak is een familielid bij de stervende om er te zijn of steun te bieden. Dat is geen gemakkelijke taak. Praten met mensen die eigen zijn, geeft steun. Bijvoorbeeld met familie en vrienden. Zelf kunt u ook steun krijgen. Bijvoorbeeld van de afdelingsverpleegkundige, de geestelijk verzorger of het palliatief advies team.

       

      Een levensfase vol contrasten en met een eigen tempo 

      Tijdens het stervensproces zijn er moeilijke en mooie momenten. Denk hierbij aan verdriet, angst, machteloosheid of boosheid. Maar ook aan dankbaarheid, liefde, opoffering, humor en hoop. 

       

      Waar heeft iemand steun aan? Bijvoorbeeld het geloof of een levensfilosofie. Het kan ook genieten van kleine momenten zijn. Of een gevoel van samenzijn. Rust en vertrouwen is belangrijk. Het helpt de stervende vaak als hij voelt dat hij kan gaan. 

       

      Is er nog iets dat de stervende bezighoudt en het stervensproces moeilijk maakt? Zoek met elkaar uit of u hierop in kunt gaan. Een geestelijk verzorger of iemand van het palliatief advies team kan u daarbij helpen. 

       

      Elk sterfbed kent een eigen tijd en heeft een eigen tempo. Soms lijkt de geest klaar, maar is het lichaam nog niet zo ver, soms is het andersom. Als het sterven dichtbij komt, kan de stervende een soort verlichting ervaren. Dit kan voelbaar zijn voor de omgeving. Het lijkt of de stervende zich loslaat en overgeeft. 

       

      Na het overlijden 

      Neem na het overlijden rustig de tijd om afscheid te nemen. Doe dit op een manier die bij u past. U krijgt een folder met informatie rond en na het overlijden. 

      Wilt u helpen met de laatste verzorging? Dat kan, de verpleegkundige helpt u hierbij. 

       

      In deze verdrietige periode van afscheid nemen en rouw zullen er mensen zijn die u willen steunen.   

       

      De tekst is voor een groot deel overgenomen  van het Integraal Kankercentrum Nederland
      Telefoon: (030) 234 37 80
      E-mail:  iknl@iknl.nl  

      Meer informatie? Kijk op https://www.stjansdal.nl
      De informatie op deze website is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Desondanks kunnen geen rechten aan de vermelde informatie ontleend worden. Meer informatie https://www.stjansdal.nl/disclaimer
      Geprint op 19-4-2024