U heeft een gesprek gehad met de kaakchirurg. De kaakchirurg heeft verteld dat u misschien een kaakoperatie nodig heeft. In deze folder leest u meer informatie.
Wat is operatieve kaakorthopedie?
Operatieve kaakorthopedie is een operatie aan de kaak. De kaakchirurg verandert de stand van uw bovenkaak of onderkaak. Het doel is:
-
beter kunnen kauwen
-
een gebit dat goed op elkaar past
-
meer ruimte om te ademen
-
een mooier uiterlijk.
Voor een goed resultaat krijgt u bijna altijd eerst een beugel. De beugel wordt geplaatst door de orthodontist. De kaakchirurg, orthodontist en soms ook de tandarts werken goed samen. Zo is de kans op een goed resultaat groter.
Wie heeft kaakorthopedie nodig?
Of iemand een kaakoperatie nodig heeft, hangt van verschillende dingen af. Bijvoorbeeld of iemand het belangrijk vindt hoe hij eruitziet of hoe het gebit staat. En of iemand klachten heeft. Soms helpt een beugel. Soms is een operatie nodig.
Onderzoek en behandeling
De kaakchirurg en de orthodontist kijken of een operatie nodig is. Ze praten met u over uw klachten en maken foto’s en afdrukken. Ook kijken ze naar uw tanden, kaak en gezicht.
Daarna leggen ze uit wat de beste optie is. Ook vertellen ze de risico’s en de voordelen van de behandeling. Als u alles weet en begrijpt, kunt u een keuze maken die bij uw situatie past.
Orthodontie (beugelbehandeling)
Bijna iedereen krijgt een operatie samen met een beugel. De orthodontist zorgt dat de tanden en kiezen in de bovenkaak en onderkaak goed op een rij staan. Dit gebeurt met slotjes (brackets) op de tanden en kiezen. Soms moet de orthodontist een paar kleine kiezen trekken. Iedere maand is er een controle. De behandeling voor de operatie duurt ongeveer een jaar.
Na de operatie volgt een nabehandeling. Uw vaste beugel blijft meestal nog 6 maanden zitten. Daarna krijgt u een beugel die u ’s nachts draagt.
Soorten operaties
Na de beugel bepaalt de kaakchirurg welke operatie nodig is. Met de chirurg maakt u een afspraak voor de operatie. De operatie gebeurt onder narcose.
Een paar weken voor de operatie krijgt u een lichamelijk onderzoek en bloedtest. Kort voor de operatie krijgt u speciale haakjes aan uw beugel en maakt de orthodontist afdrukken van uw gebit.
Op de dag van de operatie legt de kaakchirurg uit wat er gaat gebeuren. De anesthesist (die u onder narcose brengt) vertelt hoe de narcose gaat. Soms moet de arts nog extra foto's maken van uw kaken. De operatie duurt meestal één tot een paar uren, afhankelijk van wat er moet gebeuren. De operatie gebeurt meestal via uw mond, dus er komen geen littekens op uw gezicht. Er zijn verschillende operaties.
Kaakcorrectie voor een te kleine onderkaak
De kaakchirurg maakt een sneetje in de onderkaak en schuift die naar voren. Zo wordt de onderkaak langer. Soms wordt een stukje bot uit de onderkaak of het bekken gehaald om de kaak te verlengen. De botten groeien weer aan elkaar. Tijdens de operatie gebruikt hij een speciaal plaatje en draadjes om de kaken vast te maken. Soms worden draadjes losgemaakt zodat de mond open kan.
Mogelijke problemen
Soms is het moeilijk om in het bot te snijden, vooral als de verstandskies nog niet is doorgekomen. Dan moet die kies eerst worden weggehaald, meestal 4 tot 6 maanden voor de operatie. Tijdens de operatie loopt er een zenuw langs de onderkaak. Die zenuw zorgt voor gevoel in uw onderlip en kin. Na de operatie kunt u minder gevoel of een raar gevoel voelen. Dit gaat meestal binnen weken over, soms duurt het langer. Heel soms blijft het gevoel weg.
Kaakcorrectie bij een te grote onderkaak
Als uw onderkaak te groot is, schuift de kaakchirurg deze naar achteren. Hiervoor haalt de chirurg aan beide kanten een klein stukje bot weg.
De chirurg maakt een snede achter in de onderkaak. Zo kan de onderkaak naar achteren worden gezet. De botstukken overlappen en groeien aan elkaar vast. De kaak wordt vastgemaakt met staaldraadjes. Die blijven ongeveer 6 weken zitten. In die tijd mag u alleen vloeibaar eten. Soms is de bovenkaak te klein. Dan wordt ook de bovenkaak naar voren gezet.
Verplaatsing van de hele bovenkaak
Soms moet de arts de hele bovenkaak verplaatsen. Dit gebeurt als de bovenkaak niet goed groeit, de tanden niet goed op elkaar passen, of als er te veel tandvlees te zien is. Tijdens de operatie maakt de arts een snee in het bot bij de neus. Daarna schuift hij de bovenkaak naar de juiste plek en zet deze vast met kleine plaatjes en schroefjes. Soms gebruikt de arts ook bot van de onderkaak of het bekken om de bovenkaak te versterken.
Kincorrectie
Soms moet de kaakchirurg de punt van de kin een beetje verplaatsen of korter maken. De arts maakt een snee onder de ondertanden en snijdt in het bot onder de kin. De kin wordt verplaatst en vastgemaakt met kleine schroefjes. Daarna haalt de arts soms ook een stukje bot weg, zodat de kin korter wordt.
Na de operatie
Na de operatie blijft u een paar uur op de uitslaapkamer. Daarna gaat u terug naar de verpleegafdeling. U blijft meestal 1 nacht in het ziekenhuis.
Veel mensen hebben weinig pijn. Wel kunt u keelpijn hebben op de eerste dag. Uw gezicht is de eerste dagen dik door zwelling. Dit wordt na 3 dagen minder.
Soms komt er wat bloed uit de mond of neus. Snuit uw neus liever niet. Er zitten vaak elastiekjes tussen uw kaken en een plastic plaatje bij de beugel. U kunt uw mond een beetje openen. Soms worden de elastiekjes aangepast.
U krijgt vloeibaar eten in het ziekenhuis. Dit kan moeilijk zijn door de zwelling en pijn bij het slikken.
Thuis na de operatie
Herstel en werk
De meeste mensen kunnen 1 tot 2 weken niet werken. Daarna kunt u weer rustig beginnen met werk, school of huishouden. U mag dan ook weer rustige sporten doen, zoals wandelen of zwemmen. Sporten met veel contact, zoals voetbal of vechtsport, mag pas na 2 maanden. Doe geen zware inspanning.
Controle in het ziekenhuis
U moet regelmatig naar de kaakchirurg voor controle. Hij kijkt of uw kaken goed staan en of de wond goed geneest. Vaak zitten er elastiekjes in uw mond. Deze blijven meestal 6 weken zitten. Soms mag u ze zelf leren in- en uitdoen. Een plastic plaatje in uw mond mag na 2 weken eruit.
Oefeningen
Na sommige operaties zitten de kaken 4 tot 6 weken aan elkaar vast. U kunt dan nog wel praten en eten. Uw kaak kan stijf of pijnlijk zijn. U moet oefeningen doen om uw kaak soepel te houden. Soms is fysiotherapie nodig.
Plaatjes en schroefjes
In uw kaak zitten plaatjes en schroefjes van metaal. Deze mogen blijven zitten, maar vaak worden ze na 3 tot 6 maanden verwijderd. De beugelbehandeling duurt daarna nog ongeveer 6 maanden. U blijft tot een jaar na de operatie onder controle.
Mondverzorging
Poetsen en spoelen
Goed poetsen is belangrijk voor genezing en uw tanden. Begin een paar dagen na de operatie weer voorzichtig met een zachte tandenborstel. U krijgt ook mondspoeling mee. Deze voorkomt gaatjes. De spoeling smaakt bitter. U kunt er wat pepermuntolie bij doen. Soms wordt uw tong of tanden bruin, maar dit verdwijnt vanzelf.
Droge lippen
Na de operatie kunnen uw lippen droog worden. Gebruik vaseline of lippenbalsem.
Voeding
Niet kauwen
De eerste 6 weken mag u niet kauwen. U moet het eten fijnmaken in een blender. Maak het dun met melk, jus of bouillon. U kunt beter vaker per dag kleine porties eten. Zacht eten uit blik is handig.
Afvallen
U valt vaak een paar kilo af. Probeer daarna op hetzelfde gewicht te blijven. Soms krijgt u speciale drinkvoeding. U krijgt bij ontslag een formulier met voedingstips. Een diëtist kan u ook helpen.
Veelgestelde vragen
Hoe oud moet ik zijn voor een kaakoperatie?
Een kaakoperatie is meestal mogelijk vanaf 17 of 18 jaar, als u bent uitgegroeid.
Hoe lang duurt de hele behandeling?
Gemiddeld duurt de hele behandeling 18 tot 24 maanden. U krijgt altijd eerst een beugel.
Welke beugel krijg ik?
U krijgt een vaste beugel met slotjes (brackets). Soms is ook een buitenboordbeugel nodig, maar die is dan alleen voor ’s nachts.
Hoe lang blijf ik in het ziekenhuis?
Meestal blijft u 1 nacht in het ziekenhuis. De kaakchirurg kijkt de volgende dag of u naar huis mag.
Heb ik veel pijn na de operatie?
De meeste mensen hebben weinig pijn. Wel is het gezicht de eerste dagen dik. U krijgt medicijnen tegen de pijn.
Krijg ik littekens in mijn gezicht?
Nee, meestal niet. De operatie gebeurt via de mond. Als er toch een sneetje nodig is, gebeurt dat op een onopvallende plek. De kaakchirurg bespreekt dit van tevoren met u.
Wanneer kan ik weer werken of naar school?
Na ongeveer 2 tot 3 weken kunt u weer beginnen met werk of school.
Moeten mijn kaken na de operatie aan elkaar vastzitten?
Meestal niet. Er worden plaatjes en schroefjes gebruikt. U krijgt alleen wat elastiekjes in uw mond en kunt uw mond al een beetje openen.
Wanneer mag ik weer kauwen?
De eerste 6 weken mag u niet kauwen. U moet zacht en dun eten gebruiken dat u makkelijk kunt doorslikken.
Moeten de plaatjes en schroefjes eruit?
Ze mogen blijven zitten, maar soms worden ze na 3 tot 6 maanden verwijderd. De kaakchirurg bespreekt dit met u.
Wat zijn de risico’s van de operatie?
Er is een klein risico op minder gevoel in de kin of onderlip. Soms doen de kaakgewrichten pijn, maar dat gaat meestal over. Zoals bij elke operatie is er ook een klein risico bij de narcose. Soms verschuiven tanden of kaak na een tijdje weer iets.
Wat kost de behandeling?
De operatie wordt meestal vergoed door de zorgverzekering. De beugel kost vaak wel geld, afhankelijk van uw verzekering. Vraag dit na bij de orthodontist of uw zorgverzekeraar.