Uw arts en/of verpleegkundig specialist heeft met u besproken dat u in aanmerking komt voor anti-hormonale therapie. Via deze folder willen wij u informeren over deze behandeling.
Wat is anti-hormonale therapie?
Een tumor kan hormonen nodig hebben om te groeien. De kankercellen hebben dan speciale plekken (receptoren) waar het hormoon aan vast kan zitten. Dit wordt onderzocht in het weefsel dat is weggehaald tijdens een biopt of operatie.
Deze hormonen worden vooral gemaakt in de eierstokken. Een klein deel wordt ook gemaakt in de bijnieren en in het lichaamsvet.
Anti-hormonale therapie is een behandeling met medicijnen. Deze medicijnen zorgen ervoor dat het lichaam minder hormonen maakt of dat de hormonen minder sterk werken.
De behandeling kan verschillende doelen hebben. Een behandeling kan gericht zijn op genezing (curatieve behandeling), maar ook op het remmen van de ziekte (palliatieve behandeling).
Curatieve behandeling
Anti-hormonale therapie wordt vaak gegeven samen met andere behandelingen, zoals een operatie, bestraling, chemotherapie en/of doelgerichte therapie. Het doel is om eventuele kankercellen te doden die na een operatie en bestraling nog in het lichaam zitten. Zo wordt de kans dat de ziekte terug kan komen kleiner.
De behandeling met anti-hormonale therapie duurt meestal vijf tot tien jaar.
In sommige situaties wordt anti-hormonale therapie al vóór de operatie gegeven. Een voordeel hiervan is dat de chirurg de tumor dan beter kan verwijderen. Meestal krijgt u deze behandeling zes tot negen maanden voordat u wordt geopereerd. Tijdens de behandeling wordt halverwege en aan het einde met een MRI of echo gekeken hoe de tumor reageert op de therapie. U mag doorgaan met de therapie tijdens en na de operatie. Kort na de operatie heeft u een gesprek met de arts of verpleegkundig specialist. Dan wordt het vervolg van de behandeling met u besproken.
Palliatieve behandeling
De behandeling is in deze situatie bedoeld om de ziekte te remmen en klachten te verminderen of te voorkomen. U krijgt deze behandeling als de borstkanker niet meer te genezen is. Het doel is om uw kwaliteit van leven zo goed mogelijk te houden.
Soorten anti-hormonale therapie
Er zijn verschillende soorten anti-hormonale therapie.
- Medicijnen die de werking van de hormonen blokkeren. Hieronder valt het medicijn Tamoxifen.
- Medicijnen die ervoor zorgen dat de bijnieren geen hormonen maken. Deze medicijnen heten aromataseremmers. Hieronder vallen de medicijnen Anastrozol, Exemestaan en Letrozol.
Uw arts kiest de behandeling die het beste past bij uw situatie.
Bij vrouwen voor de overgang kan daarnaast een behandeling met Lucrin injecties worden gegeven. Deze injecties leggen de werking van de eierstokken stil.
Anti-hormonale therapie en vruchtbaarheid
Door de behandeling met anti-hormonale therapie wordt u niet onvruchtbaar. Het advies aan vrouwen die vruchtbaar zijn is om goede anticonceptie te gebruiken. Het is beter om geen hormonale anticonceptie te gebruiken, bijvoorbeeld een condoom of spiraal zonder hormonen. Het gebruik van de anticonceptiepil en de Mirena spiraal wordt afgeraden.
Mogelijke bijwerkingen
Door de behandeling kunt u bijwerkingen krijgen. De bijwerkingen verschillen per persoon en per medicijn. Het lichaam heeft meestal ongeveer drie maanden nodig om aan de behandeling te wennen. In de eerste zes weken kunnen de klachten soms sterker zijn.
Mogelijke bijwerkingen van Tamoxifen zijn:
- Droge vagina
- Minder zin in seks (libidoverlies)
- Opvliegers
- Pijn in de spieren
- Slaapproblemen
- Sombere of wisselende stemming
- Trombose en longembolie
- Verandering in de menstruatie, zoals onregelmatige menstruatie
Minder vaak voorkomende bijwerkingen zijn:
- Aankomen in gewicht
- Duizeligheid
- Dunner wordend haar
- Hoofdpijn
- Misselijkheid
Als u Tamoxifen lange tijd gebruikt, kan de kans op baarmoederkanker iets groter worden (tussen 0,1 en 1.0%). Waarschuw daarom bij vaginaal bloedverlies altijd uw arts.
Mogelijke bijwerkingen van een aromataseremmer zijn:
- Aankomen in gewicht
- Botontkalking
- Minder zin in seks (libidoverlies)
- Opvliegers
- Pijn in de spieren en gewrichten
- Slaapproblemen
- Stijfheid
- Vermoeidheid
Minder vaak voorkomende bijwerkingen zijn:
- Hoofdpijn
- Misselijkheid
- Trombose en longembolie
Hieronder vindt u adviezen wat u zelf kunt doen als u bijwerkingen heeft.
Aankomen in gewicht
Tijdens de behandeling met anti-hormonale therapie kunt u een paar kilo’s aankomen. Dit kan ook komen doordat u vocht vasthoudt.
Adviezen
- Let goed op wat u eet
- Blijf genoeg bewegen
- Doe elke week aan krachttraining. Dit helpt uw spijsvertering en voorkomt dat u te veel aankomt.
- Overleg zo nodig met een diëtist
Botontkalking
Na de overgang maakt het lichaam minder oestrogeen aan. Daardoor worden de botten minder sterk. De kans op botbreuken wordt groter. Dit geldt vooral voor vrouwen die een aromataseremmer gebruiken en voor vrouwen die vroeg in de overgang zijn gekomen.
Adviezen
- Blijf in beweging. Beweging maakt de botten sterker. Beweeg minimaal 150 minuten per week. Kies activiteiten waarbij uw lichaam zijn eigen gewicht draagt. Denk aan lopen, rennen, traplopen of springen.
- Doe minstens twee keer per week oefeningen om uw spieren en botten sterker te maken.
- Rook niet.
- Wees matig met alcohol.
-
Eet voeding met veel calcium. Calcium is belangrijk voor sterke botten. Per dag heeft u 1000 tot 1500 mg calcium nodig. Dat is ongeveer 4 porties.
Calcium zit vooral in zuivelproducten zoals melk, yoghurt, vla, kwark en kaas. Ook vis, garnalen, mosselen, brood, peulvruchten en noten bevatten calcium. Als u niet genoeg calcium binnenkrijgt, is het advies om calciumtabletten te gebruiken. - Neem elke dag 20 mcg vitamine D.
- Zorg voor een gezond gewicht. Zowel te licht als te zwaar zijn kan slecht zijn voor uw botten.
- Als het nodig is kan de arts een behandeling starten met een medicijn dat de botten sterker maakt.
Droge vagina
Door de afname van oestrogeen kunnen de slijmvliezen droger en dunner worden. Hierdoor kan de vagina sneller geïrriteerd raken.
Adviezen
- Een droge vagina kan vervelend zijn bij het vrijen. Neem voldoende tijd bij het voorspel. Het is belangrijk om aan te geven wat u prettig en onprettig vindt of wat pijnlijk is. Gebruik zo nodig een glijmiddel. Let erop dat het glijmiddel geen hormonen bevat! Voorbeelden zijn Replens, Sensilube of KY-gel. U kunt ook vaseline gebruiken.
- Via Internet kunt u ‘Premeno duo capsules’ of ‘Hyalofemme crème’ bestellen. Deze bevatten hyaluronzuur, dat helpt om de natuurlijke vochtbalans van de vagina te herstellen.
- Was de vagina niet met zeep en draag katoenen ondergoed.
- Neem contact op met uw arts als u vaginaal bloedverlies heeft.
- Als er sprake is van jeuk of verandering in geur en kleur van de vaginale afscheiding kan dit duiden op een schimmelinfectie. Neem dan contact op met uw arts.
Hoofdpijn
Door de behandeling kunt u hoofdpijn krijgen.
Adviezen
- Zorg voor een rustige omgeving.
- Gebruik zo nodig een pijnstiller, zoals paracetamol.
Minder zin in seks (libidoverlies)
Borstkanker kan veel invloed hebben op seksualiteit en intimiteit. Dit komt bijvoorbeeld door een verandering aan de borst, het missen van een borst, de intensieve behandeling of de emotionele verwerking. Ook een ander gevoel of uiterlijk van de borst(en) en een veranderd zelfbeeld kunnen hierbij een rol spelen.
De behandeling met anti-hormonale therapie kan er ook voor zorgen dat u minder zin heeft om te vrijen. Minder zin om te vrijen betekent niet dat u minder behoefte heeft aan intimiteit en nabijheid.
Soms vindt een partner het ook moeilijk om lichamelijk contact te hebben, bijvoorbeeld omdat uw partner denkt dat u daar nog niet klaar voor bent.
Adviezen
Het is belangrijk om samen aandacht te geven aan de verschillende gevoelens en behoeften. Vertel wat u prettig vindt en waar u zich onzeker over voelt. Neem de tijd om samen weer vertrouwd te raken met uw lichaam.
Misselijkheid
In het begin van de behandeling kunt u misselijk zijn. Meestal gaat de misselijkheid na drie of vier weken vanzelf over.
Adviezen
- Probeer elke dag minstens 1,5 liter te drinken. Dat is ongeveer 10 tot 15 glazen of kopjes.
- Eet meerdere keren per dag kleine beetjes. Grote maaltijden kunnen de misselijkheid erger maken. Ook met een lege maag kunt u zich misselijk voelen. U hoeft niet meer te eten dan normaal, maar verdeel het eten over de dag.
Opvliegers
Opvliegers zijn de meest voorkomende klacht tijdens de overgang. Een opvlieger begint vaak ineens. U krijgt een warm gevoel dat vanuit de borst, rug of armen naar het hoofd stijgt. Dit gaat meestal samen met een rood gezicht, zweten en soms een snelle hartslag.
Opvliegers kunnen op elk moment van de dag of nacht komen. Daardoor kunt u slecht slapen en zich overdag moe of prikkelbaar voelen. Sommige vrouwen hebben weinig last, anderen juist veel. Een opvlieger duurt meestal een paar seconden tot enkele minuten.
Adviezen
- Zorg voor genoeg rust en ontspanning. Stress kan opvliegers erger maken.
- Draag luchtige kleding. Het liefst van natuurlijke stoffen zoals katoen.
- Zorg voor een koele, goed geventileerde slaapkamer en licht beddengoed, zoals katoen.
- Alcohol, roken, pittig en gekruid voedsel, cafeïne, chocolade, koolzuurhoudende dranken, gemberthee en suiker kunnen opvliegers erger maken. U kunt zelf uitproberen of u daar gevoelig voor bent.
- Blijf in beweging.
- Als u veel last heeft van opvliegers kan de arts of verpleegkundig specialist medicijnen voorschrijven die de klachten minder maken.
Let op!
Sommige kruidenmiddelen en homeopathische middelen tegen opvliegers kunnen lijken op oestrogenen. Deze middelen kunnen de behandeling tegenwerken.
Bespreek het daarom altijd met uw arts of verpleegkundig specialist als u deze middelen wilt gebruiken.
Pijn in de gewrichten
Door de behandeling kunnen uw gewrichten stijf en pijnlijk zijn. Vooral ’s ochtends of bij het opstaan kunt u dit merken. Als u gaat bewegen, worden de klachten vaak snel minder.
Adviezen
- Blijf in beweging. Beweging kan helpen om de gewrichten soepel te houden.
- Zorg voor een gezond gewicht. Hoe zwaarder u bent, hoe meer uw gewrichten belast worden.
Slaapproblemen
Door de behandeling kunt u slaapproblemen krijgen. U kunt bijvoorbeeld moeilijk in slaap vallen of ’s nachts vaak wakker worden.
Adviezen
- Rust regelmatig uit, maar blijf ook in beweging. Probeer elke dag 30 minuten te bewegen. Dit kunt u ook verdelen over de dag, bijvoorbeeld 2 keer 15 minuten. Te veel rusten helpt niet tegen vermoeidheid.
- Verdeel uw activiteiten over de dag of de week.
- Stel grenzen voor uzelf: bepaal wat wel en niet belangrijk is.
-
Let op goede slaaphygiëne:
- Ga niet slapen met een te volle of te lege maag. Eet geen zware maaltijd in de vier uur voor het slapen gaan.
- Drink minstens 4 tot 6 uur voor het slapen gaan geen alcohol of producten met cafeïne zoals koffie, thee, energiedrank, ice-tea, cola en chocolade.
- Kijk minimaal een uur voor het slapen gaan geen televisie en gebruik geen computer. Gebruik in de slaapkamer geen televisie of mobiele telefoon.
- Rook niet.
Sombere of wisselende stemming
Door veranderingen in de hormonen kunt u gevoeliger zijn voor stemmingswisselingen. U kunt sneller prikkelbaar zijn en makkelijker geïrriteerd raken. Soms voelt u zich zo anders dat u zichzelf niet meer herkent en somber wordt. Depressieve gevoelens kunnen komen door de overgang, maar ook doordat u geconfronteerd wordt met het ziekte- en behandelproces.
Adviezen
- Geef uw gevoel de ruimte.
- Praat over uw gevoelens met iemand die u vertrouwt.
- Zoek contact met lotgenoten om hun (h)erkenning te ervaren.
- Bespreek uw stemmingswisselingen met uw arts of verpleegkundig specialist.
- Soms kan het helpen om te wisselen van medicijn, bijvoorbeeld van Tamoxifen naar een aromataseremmer. Dit kunt u met uw arts bespreken.
Trombose en longembolie
Bij anti-hormonale therapie is de kans op bloedstolsels iets groter in vergelijking met mensen die deze behandeling niet krijgen.
Trombose is een bloedstolsel (bloedprop) in een bloedvat. Hierdoor kan het bloed niet goed stromen.
U kunt dit merken aan de volgende klachten:
- Uw been of arm wordt rood, dik, warm en doet pijn. Dit heet trombosebeen of trombosearm.
- U bent snel benauwd of heeft pijn bij het ademhalen. Dit kan een longembolie zijn.
Neem direct contact op met uw arts als u deze klachten heeft!
Vaginaal bloedverlies
Bij het gebruik van anti-hormonale therapie kunt u soms bloed uit de vagina verliezen op momenten dat u dit niet verwacht. Dit noemen we onregelmatig bloedverlies.
Advies
Neem bij deze klachten contact op met uw verpleegkundig specialist. Mogelijk krijgt u dan een afspraak bij de gynaecoloog voor verder onderzoek.
Veranderingen van huid en haar
Uw huid kan droger, dunner en minder stevig worden. Het haar op uw hoofd kan dunner worden en u kunt meer haar verliezen dan normaal.
Bij deze behandeling wordt u nooit helemaal kaal. Sommige vrouwen krijgen iets meer haar in het gezicht of op het lichaam.
Adviezen
- Gebruik een lotion of crème om uw huid soepel en gezond te houden.
- Gebruik een milde shampoo om uw haar te wassen.
- Was uw haar met lauw water, niet te heet.
- Gebruik eventueel een conditioner voor extra verzorging.
- Kam uw haar voorzichtig met een grove kam als het nog vochtig is.
Vermoeidheid
Door de behandeling kunt u zich moe voelen. Vermoeidheid kan ook komen door de ziekte zelf, de behandelingen of de stress die de ziekte met zich meebrengt. De vermoeidheid kan langzaam minder worden tijdens de behandeling, maar het kan ook zijn dat de vermoeidheid niet helemaal overgaat.
Door vermoeidheid kunt u minder energie hebben voor dagelijkse dingen. U kunt ook moeite hebben met concentreren of dingen onthouden. U kunt ook gevoeliger reageren of sneller angstig zijn.
Adviezen
- Rust regelmatig uit. U kunt bijvoorbeeld ’s middags een uurtje slapen. Maar let op: te veel rusten kan het slapen ’s nachts juist moeilijker maken.
- Verdeel de activiteiten die u wilt doen over de dag of week.
- Blijf in beweging. Probeer elke dag 30 minuten te wandelen, fietsen of sporten.
- Zorg voor een fijn dag- en nachtritme. Probeer elke dag rond dezelfde tijd op te staan en te gaan slapen.
Anti-hormonale therapie en supplementen
Van veel supplementen is niet bekend of het veilig samen kan met anti-hormonale therapie. Wilt u een supplement gebruiken? Overleg dan altijd eerst met uw arts of verpleegkundig specialist.
Anti-hormonale therapie en sojaproducten
Soja bevatten plantaardige oestrogenen. Deze stoffen lijken op de oestrogenen die uw eigen lichaam maakt.
Gebruik niet meer dan 3 voedingsmiddelen per dag die van nature soja bevatten, zoals smeer- en bereidingsvetten, taugé, sojamelk, tahoe, tempé en vegetarische vleesvervangers.
Meer informatie
- Op de website www.vrouwenindeovergang.nl vindt u extra informatie over de overgang.
- In de podcastserie ‘De anti-hormonologen’ krijgt u uitleg over hoe anti-hormonale therapie werkt en welke bijwerkingen er kunnen zijn.
Contactgegevens
Bij (medische) vragen, klachten en/of bijwerkingen
- Neem contact op met de coördinerend oncologieverpleegkundige van de poli interne geneeskunde. De oncologieverpleegkundigen zijn van maandag t/m vrijdag tussen 9.00-10.00 bereikbaar via het telefonisch spreekuur op (0341) 46 35 02.
- Neem buiten het telefonisch spreekuur alleen bij spoed contact op met polikliniek interne geneeskunde. Bereikbaar van maandag t/m vrijdag tussen 08.30-16.30 op (0341) 46 38 89.
- Neem buiten kantooruren of in het weekend bij problemen die niet tot de volgende werkdag kunnen wachten contact op met de huisartsenpost.
Bel direct als u denkt dat u een trombosebeen, trombosearm of longembolie heeft.