Vruchtbaarheid
Het moeten afstaan van één zaadbal hoeft geen (blijvende) gevolgen te hebben voor de vruchtbaarheid. Als de andere zaadbal in goede conditie is kan deze voldoende goede zaadcellen produceren om een zwangerschap tot stand te brengen. Als er na de operatie nog behandeld moet worden met bestraling of chemotherapie, of als de achtergebleven zaadbal geen of onvoldoende gezond zaad produceert, kan wel onvruchtbaarheid ontstaan.
Bij veel mannen verbetert de kwaliteit van het sperma binnen een tot twee jaar na afloop van de behandeling. Soms is de onvruchtbaarheid blijvend. Omdat u hier vooraf geen zekerheid over heeft, kan het verstandig zijn tijdig sperma in te laten vriezen.
Mannen met een (toekomstige) kinderwens, kunnen dit het beste voor het begin van de behandeling bespreken met hun specialist. Maar ook als u (nog) geen kinderwens heeft doet u er goed aan om te overwegen om vóór de behandeling sperma te laten invriezen
Wilt u weten wat uw mogelijkheden zijn, bespreek dit dan tijdig met uw arts. Uw arts zal hier over het algemeen zelf al over beginnen.