l

Direct contact

Telefoonnummers

St Jansdal receptie (alle locaties)

0341 - 463911

Afsprakenbureau 

0341 - 463890

Poli-Apotheek St Jansdal

0341 - 435858

Helpdesk MijnStjansdal (8:30 - 16:30 uur)

0341 - 463700

Vragen over?


Heeft u een klachtKlik dan hier.

Of compliment? Klik dan hier.


Bent u van de PERS en heeft u een vraag? Klik dan hier.

Medische hulp buiten kantoortijden

Spoedpost Harderwijk  

 

085 - 773 73 71

 

 

www.spoedpostharderwijk.nl

Huisartsenpost Lelystad  

 

0900 - 333 6 333

 

 

www.medrie.nl

Bij levensbedreigende spoed:

 

112

VlagB
Folders

Preoperatieve screening

Versienr: 2
Inhoud van dit artikel
    Inhoud van dit artikel

      Binnenkort krijgt u een operatie of een onderzoek. U behandelend specialist heeft u daarover informatie gegeven. Bij die operatie is een vorm van anesthesie nodig. Daarom bent u verwezen naar de anesthesioloog.  

       

      Uw afspraak met de anesthesioloog 

      Tijdens dit preoperatieve onderzoek wordt gekeken of u de operatie en narcose lichamelijk aan kunt en welke vorm van anesthesie het meest geschikt is voor u. De anesthesioloog doet dit door u vragen te stellen over uw gezondheid en doet lichamelijk onderzoek. Daarnaast worden beschikbare onderzoeken zoals: bloeduitslagen, longfoto, het elektrocardiogram (ECG) of ‘hartfilmpje’ beoordeeld. Ook brieven van andere specialisten, zoals de internist of de cardioloog worden door hem/haar verder bestudeerd. Als alles in orde is, zal de anesthesioloog toestemming geven voor de operatie. 

       

      Het kan voorkomen dat de anesthesioloog u naar een andere arts verwijst om uw conditie verder te beoordelen en eventueel te verbeteren. Soms vraagt de anesthesioloog ook medische informatie op van uw specialist uit een ander ziekenhuis.

      Dit kan zorgen voor vertraging bij het inplannen van uw operatie. U wordt dan tijdelijk afgekeurd voor de operatie. Als alle gegevens bekend zijn en de anesthesioloog vindt het verantwoord om u te opereren, wordt u goedgekeurd voor de operatie.  

       

      Medicatie 

      Gebruikt u medicijnen? Neem deze mee naar deze afspraak. 

       

      Overgevoeligheid/ allergieën 

      Bent u overgevoelig voor medicijnen, bijvoorbeeld voor antibiotica? Vraag dan aan de huisarts of de apotheek om welke medicijn(en) het precies gaat. Het is belangrijk dat u dit laat weten aan de anesthesioloog. 

       

      Soorten anesthesie 

      Er zijn drie vormen van anesthesie:

      1. Algehele anesthesie (narcose)

      2. Loco-regionale anesthesie

      3. Lokale anesthesie.

       

      Welke vorm van anesthesie u krijgt, hangt af van de operatie en uw lichamelijke conditie. De anesthesioloog overlegt welke vorm voor u het meest geschikt is. 

       

      Algehele anesthesie 

      Algehele anesthesie noemen we ook wel narcose.  Bij deze anesthesie bent u helemaal buiten bewustzijn. U voelt geen pijn en merkt niets van de operatie. Het anesthesie team blijft bij u totdat u weer bij bewustzijn bent. U wordt ‘wakker’ als de middelen die u toegediend hebt gekregen zijn uitgewerkt. 

       

      Loco-regionale anesthesie 

      Dit kan onderverdeel worden in 3 vormen: 

      1. Spinaal (ruggenprik)
        Spinale anesthesie wordt toegepast bij korte ingrepen aan het onderlichaam. Er wordt met een naald tussen de ruggenwervels tot in de binnenste ruimte van de ruggengraat (de spinale ruimte) geprikt. In deze ruimte wordt een verdovend middel ingespoten. Deze vorm van anesthesie werkt erg snel. U kunt daarnaast wakker blijven tijdens de ingreep of een roesje krijgen. 
      2. Epiduraal (ruggenprik)
        Epidurale anesthesie wordt vaak toegepast bij buik- of borstholte operaties, waarvan bekend is dat ze gepaard gaan met (na)pijn. Eerst wordt de huid verdoofd, waarna er via een speciale naald tussen de ruggenwervels een dun slangetje wordt ingebracht. De naald en het slangetje gaan niet door het vlies dat de binnenste ruimte in de ruggengraat (spinale ruimte) omringt. Via dit slangetje kan tijdens en na de operatie gedoseerd verdoving worden toegediend. 
      3. Perifere zenuwblokkade
        Wanneer u een arm- of beenoperatie krijgt, kan er gekozen worden om een aantal zenuwen die naar u arm of been lopen te verdoven. Dit wordt perifere zenuwblokkade genoemd. Hierdoor wordt het gebied achter de injectie (de periferie) gevoelloos. U kunt daarnaast wakker blijven tijdens de ingreep of een roesje krijgen. 

       

      Lokale anesthesie 

      Lokale anesthesie wordt gebruikt bij kleine ingrepen. Een klein deel van het lichaam verdoofd namelijk vlakbij de te behandelen plek. U blijft wakker tijdens de ingreep maar voelt geen pijn. Meestal wordt de plaatselijke verdoving gegeven door de arts die de ingreep uitvoert. 

      Op website www.ondernarcose.nl staan filmpjes over de verschillende vormen van anesthesie. 

       

      De kans bestaat dat de anesthesietechniek zoals met u besproken, nog aangepast gaat worden. Dat kan verschillende redenen hebben. Uw anesthesioloog zal dit dan op de dag van de operatie opnieuw met u bespreken.

       

      Afspraken voor de operatie 

      Voor een goed verloop van de anesthesie is een goede voorbereiding belangrijk. 

      • Nuchter tijden 
      • Medicatie instructie 
      • Overig 

       

      Nuchter tijden 

       Opname voor  12.00 uur 

      • U mag vanaf 00.00 uur ’s nachts voor de ingreep niet meer eten. 
      • U mag tot twee uur vóór de operatie iets drinken (let op! Alleen helder vloeibaar, zoals thee, limonade, maximaal een halve kopje). U kunt hierbij eventueel u ochtendmedicatie innemen. 

       Opname na 12.00 uur 

      • U mag vóór 07.00 uur licht ontbijten en daarna mag u niets meer eten. 
      • U mag tot twee uur voor de operatie iets drinken (let op! Alleen helder vloeibaar, zoals thee, limonade, maximaal een halve kopje). U kunt hierbij eventueel u ochtendmedicatie innemen. 

       Deze tijden gelden ook voor u als met u ruggenprik of een perifere zenuwblokkade is afgesproken. 

       De anesthesioloog kan ervoor kiezen om af te wijken van deze richtlijn als dit nodig is. 

       

      Medicatie instructie 

      De anesthesioloog bespreekt met u welke medicatie u wel en niet moet innemen voor de operatie. Het wel of niet stoppen van bloedverdunners wordt met u besproken door de operateur. 

       

      Overig 

      • Sieraden, piercings en make-up moet u verwijderen voor u naar de operatiekamer gaat. Ook moet u nagellak voor de ingreep verwijderen. Kunst- en/of gelnagels moet u minimaal van één vinger van beide handen verwijderen. 
      • U moet uw contactlenzen uitdoen. Uw gebitsprotheses mag u inhouden. Op de operatiekamer wordt besloten of het gebit uit moet. Een gehoortoestel kan in de meeste gevallen inblijven. 
      • We adviseren u vier weken voor de operatie te stoppen met roken. 

       

      Afspraken na de operatie 

      U wordt geopereerd in ‘dagopname’ of u wordt opgenomen voor een of meer dagen. Dit is afhankelijke van de soort ingreep en u algehele gezondheid. 

       

      Anesthesie in dagopname 

      Steeds vaker komt het voor dat patiënten voor kleine ingrepen in dagopname behandeld worden. Dit betekent dat u in de ochtend wordt opgenomen, in de loop van deze ochtend wordt geopereerd en in de middag weer naar huis gaat. 

       

      Naar huis 

      Na de operatie mag u niet alleen naar huis. Het is belangrijk dat iemand u ophaalt. In ieder geval mag u de eerste 24 uur na de operatie (en dus anesthesie) niet deelnemen aan het verkeer. 

       

      Anesthesie bij kinderen 

      Is anesthesie veilig voor kinderen? 

      Ja, in ervaren handen is anesthesie veilig voor kinderen. Jonge kinderen en zieke kinderen hebben vaak minder reserves waardoor het risico op complicaties wat groter is. Veranderingen in bijvoorbeeld zuurstofgehalte en bloeddruk kunnen sneller optreden. Dit geldt zeker in het geval van spoedoperaties. 

       

      Moet mijn kind algehele anesthesie (narcose) krijgen? 

      Natuurlijk zou geen enkel kind een ingreep of onderzoek moeten ondergaan als dat niet daadwerkelijk nodig is. Is een operatie of onderzoek toch noodzakelijk dan kan anesthesie nodig zijn om te voorkomen dat jouw kind stress of pijn ervaart, of voor lange tijd stil moet liggen.  

       

      Is het gevaarlijk voor kinderen om meerdere keren of juist heel langdurig anesthesie te krijgen? 

      Er wordt veel onderzoek gedaan naar de lange termijn effecten van anesthesiemedicijnen op de ontwikkeling van de hersenen van jonge kinderen. Recent onderzoek bij kinderen heeft laten zien dat een enkele, korte ingreep of onderzoek onder anesthesie veilig is voor kinderen en geen nadelig effect heeft op de ontwikkeling van de hersenen. Het is met de kennis van nu niet te zeggen of langdurig of meerdere keren anesthesie wel een nadelige invloed heeft op de ontwikkeling van de hersenen. Op dit moment is er ook nog geen bewijs dat bepaalde medicijnen die voor anesthesie gebruikt worden beter zijn dan andere middelen. 

       

      Afspraken als u kind geopereerd wordt 

      Voorbereiding 

      • U en uw kind kunnen kijken naar een film op de website van het St Jansdal: www.stjansdalkids.nl of op onze YouTube pagina www.youtube.com/stjansdal 
      • Op de kinderafdeling vindt drie keer per week een voorlichtingsbijeenkomst plaats om kinderen goed voor te bereiden op de opname en de operatie. De bijeenkomsten zijn op dinsdag-, woensdag- en vrijdagmiddag. U kunt bellen met de pedagogisch medewerker voor meer informatie, telefoon (0341) 463632. 
      • Zowel binnen de polikliniek anesthesie als de kinderafdeling en het dagcentrum liggen boeken om in te kijken waarin met behulp van foto’s het gebeuren tijdens en rondom de narcose van uw kind wordt beschreven. 
      • Ook kinderen moeten nuchter zijn voor de operatie. Voor vast voedsel gelden dezelfde tijden als bij volwassenen (zie tabel op de eerdere pagina). Voor helder vloeibaar drinken gelden andere tijden. De opname bureau zal u deze tijden doorgeven afhankelijk van de geplande operatie tijd. 
      • In principe wordt er gestreefd kinderen zo vroeg mogelijk te opereren. We adviseren u als ouder of verzorger om wel te eten. Dit is belangrijk in verband met het voorkomen van eventueel flauwvallen. De ervaring leert namelijk dat de ouder of verzorger soms niet ontbijt door nervositeit of het solidair willen zijn met het kind dat nuchter moet blijven. 

       

      Naar de operatiekamer 

      • Eén ouder of begeleider mag aanwezig zijn bij het onder narcose brengen van het kind. Onder bepaalde omstandigheden kan de anesthesioloog hiervan afwijken. 
      • Richt uw aandacht op het kind; uw rust maakt het kind rustig. Bent u zelf erg gespannen, dan is het wellicht beter om niet met uw kind mee te gaan. Wij nemen u dit volstrekt niet kwalijk. 
      • Als u kind slaapt, wordt u terug begeleidt naar de kinderafdeling. 

       

      Naar huis  

      Wordt uw kind geholpen in dagbehandeling, dan raden wij u aan om uw kind samen met een andere volwassene in de auto te vervoeren. Het besturen van een auto en tegelijkertijd zorg besteden aan uw kind, als het bijvoorbeeld misselijk wordt, brengt de verkeersveiligheid in gevaar. 

       

      Heeft u nog vragen? 

      Als u naar aanleiding van deze brochure nog vragen heeft, stelt u deze dan gerust aan de anesthesioloog tijdens uw gesprek met hem/haar. Wij adviseren u als geheugensteuntje voor uzelf eventuele vragen vooraf vast hieronder op te schrijven. Ook is binnen de polikliniek anesthesiologie / pijnbestrijding nog nadere schriftelijke informatie / documentatie aanwezig. 

       

      Meer praktische informatie vindt u op de website www.ondernarcose.nl 

       

      Polikliniek anesthesiologie 

      Telefoonnummer (0341) 463447, bereikbaar maandag tot en met vrijdag, tussen 14.00 en 16.00 uur. 

       

        

        

      Meer informatie? Kijk op https://www.stjansdal.nl
      De informatie op deze website is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Desondanks kunnen geen rechten aan de vermelde informatie ontleend worden. Meer informatie https://www.stjansdal.nl/disclaimer
      Geprint op 2-5-2024